“Hoolyyy, mama, wat heb jij veel geschreven!” Annabel zag mijn stapel laatste schrijfboekjes liggen. Inderdaad, als ik alle zinnen achter elkaar zou kunnen plakken kan ik de wereld rondreizen. Ik ging weer eens terug bladeren. Ze zijn gevuld met dagboekachtige zieleroerselen, aantekeningen van mijn bezoeken aan coaches, readers, congressprekers, aantekeningen van workshops en opleidingen, teksten uit boeken, ideeën, inspiratie, uitwerking van ideeën, gemaakte oefeningen, ‘per ongeluk’ tekeningen van de kinderen tussendoor, to do lijstjes, dankbaarheidslijstjes, voorbereide speeches, verslagen van meditaties én, aantekeningen van mijn dierbare leermeester Paul de Blot. Héél véél aantekeningen van zijn wijsheid die ik opdeed uit colleges, persoonlijke coaching van hem en retraites bij hem. Tot aan zijn dood, eind 2019 op 95-jarige leeftijd, was hij hoogleraar Business Spiritualiteit aan Nyenrode.
Ik houd van schrijven. Als kind schreef ik al kilometers handgeschreven teksten. Dagboeken vol met mijn blijheid en mijn boosheid, mijn vreugde en verdriet. Kladblokken vol met één lang fantasieverhaal. In mijn dromen waren dat boeken die ik geschreven had. Paul de Blot heeft me altijd aangemoedigd te blijven schrijven. Toen ik hem destijds mijn ideeën voorlegde voor mijn boek Rijk Zakendoen en hij zei dat het een waardevol concept was, was ik overtuigd en ben het boek gaan schrijven. Alsof ik dat laatste drempeltje van ‘wie ben ik nou om dit te gaan schrijven’ werd overgeduwd door hem. Later heeft hij de inleiding van mijn boek geschreven.
Oefening van Paul de Blot
Hij moedigde me ook aan door te blijven gaan met dagboek schrijven. Hij deed het zelf nog elke avond. Hij gaf me een opdracht die ik graag aan je doorgeef:
- Maak twee kolommen van je bladzijde.
- Links schrijf je elke avond, wat heb ik gedaan vandaag. Rechts schrijf je elke avond, hoe voelde ik me hierbij.
- Daaronder schrijf je, het was een rot dag, het was een mooie dag of ik weet het niet.
Na één maand moest ik terug komen bij hem. We zochten alle mooie dingen bij elkaar en hij vroeg me: wat leer je hieruit?
Ik kreeg antwoorden op vragen als wie ben ik, wat kan ik goed en minder goed, wat is mijn verlangen, wat wil ik doen, voor wie wil ik dat doen en met wie wil ik dat doen. Daar moest ik vervolgens weer over schrijven.
Leren van je eigen leven is veel belangrijker dan leren van een ander, zei Paul.
Bovendien zei hij, door te schrijven over je zwarte bladzijdes uit je leven breng je ze van je hart naar je hersens. Het is een manier om je hart schoon en warm en zuiver te houden.
Teruglezen
Ik weet nog dat ik weer bij Paul op bezoek was en dat hij zei, heel mooi dat je schrijft. Maar lees je het ook terug? Nou nee, dat deed ik zelden. En nu, door Annabels verbazing over de stapel laatste schrijfboekjes, blader ik terug. Ik word er blij van. Verrukt lees ik terug over alles wat Paul de Blot me heeft verteld. Ik slurp zijn wijsheid opnieuw in me op. Het zinkt nog dieper in. Ik word ook opnieuw blij van mijn dankbaarheidslijstjes. Ik beleef het weer opnieuw. Ik her-inner me weer de enorme wijsheid uit allerlei coachingsgesprekken van allerlei verschillende coaches. De beschreven metaforen die ik van tijd tot tijd voor mezelf gebruikte om mezelf in mijn creatieve, scheppende kracht te houden. Het is allemaal nog steeds zo spot on. Teruglezen verankert.
En de zwarte bladzijden? Ik merk dat ik het nu waarneem vanaf een afstand. De angel is eruit. Het probleem is geen probleem meer. Zelfs wat nog niet is opgelost voor mijn hoofd, is voor mijn hart geen probleem meer. Niemand kan altijd honderd procent gelukkig zijn. En gelukkig kan niemand altijd honderd procent ongelukkig zijn.